donderdag 25 april 2013

Ruwe bonken, veel wind en een beetje vis.

Het zag er zo ideaal uit: woensdag 24 april had alles in zich om een fantastische visdag te worden:
verse zagers, een andere lokatie, zonneolie, korte broeken, J. als versterking, nu F. "on the move" was en ..............een gouden weersverwachting.
Ook ik was er klaar voor.
Als getuige en kroniekeur zou ik het achterland vertellen van de geweldige visvangsten in de Yahtsee - haven. De naam alleen al.
  
 
 Het was even zoeken, want de nieuwe plek was nauwelijks te vinden.
En dat was merkbaar.
We konden er ruim en gratis parkeren. Er was zelfs geen hond te zien.
Mooi bos zei ik tegen G. die mijn Tomtom probeerde te overtreffen.
Het zag er zo uit:
 
 
De korte broeken konden in de tas blijven. Er stond een ongelooflijk strakke en koude zuidwester en als de zon niet had geschenen hadden we hier ook op Nova Zembla kunnen zijn.

  
Daar ik geen actief visser ben, maar wel iets heb met strandjutten, besloot ik na te gaan of hier in de buurt wel eens een boortoren was gezonken. Ik had al snel een eerste aanwijzing: een helm in nieuwstaat.
Ik voelde me een blije jutter.
 
 
Even verderop zag ik echter iemand die zo maar eens de dader zou kunnen zijn ( van de verdwijning ). Hij had al zijn nogal forse gereedschap bij zich.
Hij keek mij strak en stuurs aan.
 
 
Snel greep ik mijn vondst en meldde mij bij M. die voor mij een meer dan gevulde koek had ( moest 'm wel zelf uitpakken - ik sta bekend als handig ). 
 En terwijl mijn vismaten uitgooiden en inhaalden en uitgooiden, nestelde ik mij comfortabel met koffie in de luwte van mijn mini-camper. Af en toe klonk er een kreet. Ja, Krabbendijke ligt hier niet ver vandaan.
 
Tegen 13.00 uur kwam er ter opvrolijking een mistveld met Botlekstank over de visplek.
Voor mij tijd om iets groens en zonnigs op te zoeken en na een gezellige groepsactiviteit ( snoertjes uit de knoop halen ) nam ik afscheid van deze geharde bonken en hun koude handen en neuzen.
 
Al snel naderde ik een plek die hoopvol aandeed. Nou ja, de aankondiging dan.
Verder moest ik door de eindeloze en verlaten zandvlaktes, waar mijn enige vriend de machinist van een treintje was.
 
 
We reden geruime tijd samen op en dat gaf een band.


Nu G. niet meer bij mij in de auto zat werd het moeilijk om zonder omweg thuis te komen. En zo belandde ik ongewild in een oase van groen en zon: Oostvoorne.
 
 
Na een kort verblijf wilde ik terug naar huis: er moest vanavond nog geƫxposeerd en gedanst worden.
Maar niet zonder te bellen naar de stand van zaken:
Het opkomende water had G. de titel van visser van de maand opgeleverd: 2 schollen.
Wat wil je nog meer.
Die avond werd er bij G. thuis vis gegeten:
 
 
Bij M. een krabcocktail en bij P. en J. het laatste restje zagers.
Gelukkig had ik nog garnalen in de diepvries en met frites en salade deed ik zo toch een beetje mee.
 
Het was weer mooi geweest.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten