Het zou een zonnige ochtend worden. Een goed moment om Hete Vuren in het museum van Gouda te gaan zien. Die hete vuren zagen er in eerste instantie verrassend uit: ik wilde na de garderobe eerst koffie en kwam terecht in een babyshower in de bar. Een allerliefste dame deed bijna alles om mij te verwelkomen. Hello baby.
Naar goed gebruik besloot ik op de zolder te beginnen. Nu kent dit historische pand geen lift en dus werd het een beklimming langs oude treden. De beloning was fraai: een expositie van keramiek, immers in Gouda bevindt zich de enige keramiekopleiding in Nederland en dat wilde men showen. Van historisch materiaal en werkwijzen tot de modernste variaties. En het hete vuur ? Dat had in de ovens gezeten. Dit toonde het resultaat van zo'n proces.
Tijdens de afdaling belandde ik in een ruimte met schuttersstukken, alvorens bij de Blazing Fires naar binnen te gaan.
Mogelijk had ik er meer van verwacht. In mijn eigen schilderijen zit meer vuur dan wat hier getoond werd. Het waren klassieke schilderijen waarin een kleine vuurbron, zoals een kaars, het kunstig schilderen van het clair obscur liet zien. Iets dat mij niet zo goed lukt als deze meesters.
Een knap staaltje daarvan werd zichtbaar in het vuur van de smidse. De foto is een zwakke afspiegeling van het knetterend vuur op het origineel. Ik raakte erover in een boeiend gesprek. Hij: Je moet het ijzer smeden als het heet is. Ik: daar zouden ze in Den Haag eens stil bij moeten staan. Ook kwamen er herinneringen op aan het vuur in de oude bakkerij van mijn vader en van de keramiekoven.
De vernietigende kracht van vuur werd o.a, zichtbaar bij dit zeegezicht, waarbij men elkaar "naar de kelder hielp". Spelen met vuur, maar ook mooi geschilderd.
Vuur, of dat nu een kaars, kampvuur of een vuurtoren is: het trekt onze aandacht. Mogelijk toch een verlangen naar licht in een donkere wereld, zei mijn filosoof.
Tussendoor wilde ik wel even naar het toilet en ook dat werd een bijzondere ervaring. Ik moest de plek delen met een paar rare schutters en dat was voor het eerst. Ik ben overigens vergeten om te kijken hoe dit bij de dames was.
Net toen ik weg wilde gaan kreeg ik het advies om de kapel te bezoeken. Wonderlijk genoeg was ik daar binnengekomen en had het niet als zodanig herkend ( het blijft hier wat labyrinthachtig ). Ook kon ik nu de garderobe terugvinden. In deze kapel stonden een aantal grote altaarstukken opgesteld. Mooi gepresenteerd en uitgelicht.
Ook was er plek voor een aantal objecten uit de Rooms Katholieke kerk, zoals de monstrans, kelken en kazuifels.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten