woensdag 28 augustus 2013

A Rigaud deel 2 Cultuur en natuur.

 
Hoewel ik in eerdere jaren goed heb rondgekeken in de regio van A Rigaud, de Haute Saône, zag ik het als een uitdaging toch weer nieuwe plekken te ontdekken en indrukken op te doen.


Een stad die al lang op mijn lijstje stond - tientallen keren reed ik eraan voorbij - was Dijon. Bekend door de hertogen van Bourgondië. Dit laatste maakte dat er tussen de kerken en paleizen veel ruime boulevards en straten met terrassen zijn ontstaan.
 
  
Na zo'n viceversarit van 150 km over tertiaire wegen heb ik bij thuiskomst dan wel weer behoefte aan het andere uiterste: ultieme rust en ruimteplekken in de natuur.
Ik heb er - ook nu weer - meerdere gevonden. Goed om te lezen, thee te drinken, een - veilige - siësta te houden, te koken of om gewoon maar wat te zitten en te zijn. 
 
 
 
En tijdens dat zittend zijn komt als vanzelf de behoefte om weer te gaan bewegen. Meestal wandelen, maar ook regelmatig zwemmen in een van de 4 stuwmeren rond Langres.
 
 
Ook cultureel was er weer het nodige te genieten. Zo kwam ik na een bezoerk een een grote Leclerc terecht op de weg naar Auberive. Daar vond ik een prachtig gerenoveerde Cisterciënzerabdij, die ook deels gebruikt werd als expositieruimte.
 
 
Met name de bronzen beelden in de tuin nodigden uit tot ontmoeting en invoeling.
 
 
Zowel binnen als buiten was veel zorg besteed om het geheel iets van haar oude grandeur en schoonheid terug te geven.
 
 
Terugkerend naar de natuur: de zonsondergangen die vanaf het terras van A Rigaud in beeld komen waren weer van ongekende kwaliteit.

 
In de 15de eeuw werd in het plaatsje La Rochelle een glasblazerij opgericht, die nog steeds bestaat en evolueert. Leverden zij aanvankelijk alleen gebruiksglas, geleidelijk aan kwam er ook Jugendstil-achtige design bij.
 
 
 
 
 En om het voor een breed publiek nog aantrekkelijker te maken, kun je er rondwandelen in een Japanse tuin of de plaatselijke galerie bezoeken. Deze keer stond daar werk van de wereldberoemde conceptuele kunstenaar Huguet geëxposeerd.
In dit werk b.v. werd het probleem van de watervoorziening in de Himalaya verbeeld.
Veel steen en weinig water zo te zien.
 
 
 Deze vakantie ontmoette ik duidelijk minder vrouwen als anders. Maria kwam ik echter tegen boven op een berg, waar zij waakte over de dorpelingen beneden. Dit had zij in de Frans-Duitse oorlog van 1870-71 ook al gedaan en dat werd gevierd met dit monument.

 
Veel aardser waren de levensgrote houten beelden van o.m. Afrikaanse vrouwen, die ik in Port de Saône aantrof. Gelukkig voor haar was er terplekke videosurveillance, zodat zij niets hoefde te vrezen.

 
Het was mooi om te zien hoe de Franse "waterbouwkundigen" de Saône " enerzijds de natuurlijke ruimte om te stromen en te recreëren hebben gegeven.
 
 
Terwijl er anderzijds - met hetzelfde Saônewater - een stevig gefundeerde vaarweg voor plezierschepen was aangelegd. Deze liep zelfs door een berg, iets dat de Saône als rivier nooit gelukt zou zijn. 
  
 
En dan waren er de kunstenaarsdagen in Langres. De zwemtochten in de stuwmeren. De siësta's in het bos, de contacten aan tafel met de verblijvende of passerende gasten.
Het was weer mooi geweest. 
 
 
 
 
 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten