Dit boek werd mij aanbevolen vanuit de Boekenclub. Ik zou er zelf nooit voor gekozen hebben en nu ik het gelezen ( beluisterd ) heb - afspraak is afspraak - ben ik blij dat ik er vanaf ben. Wel nog even samenvatten, waar ik dan wel weer blij van word en bloggen zodat ik in september mijn Wormmaan weer kan opschudden.
Mariken Heitman leest het zelf voor en dat doet zij met verve. Als een voortdurend stromende rivier laat zij haar ervaringen door en over mijn landschap stromen. Het heeft iets merkwaardigs: het raakt aan een soort poëtisch zingen, zonder dat het dat is. Bevlogen is zij wel.
Het beeld komt op van een wolf die bij volle maan huilt. Mariken doet zoiets voor mij bij de Wormmaan. Een volle maan die in maart aan de hemel verschijnt en van oudsher de lente aankondigt. De regenwormen komen boven de grond en de vogels doen zich daar tegoed aan.
In het boek worden tal van gewone gebeurtenissen afgewisseld met gebeurtenissen die een diepere symboliek in zich dragen. Dat en het taalgebruik maken het niet gemakkelijk. Roept regelmatig ook weerstand op. Elke is daarnaast thuis in allerlei vaktermen ( apparatuur ) en kan echt genieten van het observeren van machines, etc.
De symboliek betreft zaken als duurzaamheid, uitputting van de aarde, verantwoordelijkheid mens en ook genderproblematiek.
Elke, de hoofdpersoon is 7 jaar bezig geweest met het ontwikkelen van een nieuw pompoenras via veredeling. De concurrentie is haar te snel af en zij vertrekt gefrustreerd met een vergeten erwtenras, dat zij wil laten verwilderen, naar de Waddeneilanden.
Tussendoor loopt een tweede verhaallijn die zich afspeelt in de periode dat de mensheid ( met name in de Levant ) van jagen en verzamelen over gaat tot akkerbouw. Daar is zij Ra, een soort "tussenmens", half God, half mens, half man, half vrouw. Zij is daar bezig met het planten van een oererwt. Als de oogst tegenvalt verhuist zij naar een eiland.
Vriend Werner, een cellist, wil op reis gaan naar een ander eiland: Flores, een van de Sunda eilanden in Indonesië. Dat eiland is al heel oud als eiland en de dierenpopulatie is daar dan ook bijzonder: olifanten zijn gekrompen ( dwergolifanten ), ratten en varanen zijn enorm gegroeid. De oorzaak hiervan ligt in de afwezigheid van predatoren en de voedselbalans.
Het dient gezegd: op de wijze waarop ik het boek probeer te verwerken geeft wel vreugde. Ik houd wel van een achtergrondje. Daar doet Mariken mij goed mee. Zij plant woordjes en ik maak er een context bij.
Het boek roept ook een aantal vragen op, zoals, ik citeer:
Hoe verover je een plek in een vreemde, vijandige omgeving?
In hoeverre wordt je identiteit bepaald door je man- of vrouw-zijn?
Is het ‘tussenwezen’ (niet vrouwelijk, niet mannelijk) een vaker voorkomend verschijnsel in de natuur?
Is het veredelen van gewassen wel ethisch verantwoord? Wat zijn de gevolgen van eindeloos veredelen?
Hoe verhoudt religie zich tot onverklaarbare verschijnselen in de natuur? Hoe ontstaan religieuze rituelen?
Waarom krijgen buitenbeentjes vaak bovennatuurlijke eigenschappen toebedeeld?
Het verschijnsel "tussenmens", half God, half mens, half man, half vrouw, geplaatst in de Levant roept beelden op uit de mythologie. Daar was half om half een breed verspreid verschijnsel. B.v. de Centaur, de Minotaurus, Theseus, Herakles, etc.
Wat de erwt betreft ( tweeslachtig en moeilijk te sturen, net als mensen ? ): op erfgoedrassen.nl staat meer informatie, zoals dit.......
Erwt is een eenjarige plant die behoort tot de vlinderbloemenfamilie
(Leguminosae of Fabaceae). De vrucht van de erwtenplant is een
langwerpige peul met 5 tot 11 zaden, die in de volksmond de erwten
heten. Een zeer nuttige eigenschap van planten binnen de
vlinderbloemenfamilie – zoals erwt – is dat deze in symbiose leven met
rhizobacteriën, die in onder de grond in de wortelknolletjes leven en
voor stikstoffixatie zorgen. Op deze manier wordt de atmosferische
stikstof beschikbaar gemaakt voor planten, wat essentieel is voor hun
groei.
Het oorsprongsgebied van erwt is West-Azië en Ethiopië,
waarna het gewas is verspreid naar Europa, China en India. Het gebruik
van de eetbare peultjes in Nederland was in de 16e eeuw
beschreven. Erwt werd vooral als droge erwt geoogst en gegeten en was
een belangrijke bron van eiwit, zetmeel en nutriënten in het voedsel van
arm en rijk. Vers gedopte erwten werden voor de 19e eeuw vooral door de Europese elite gegeten. Pas in de 19e
eeuw werd de vers gedopte erwt een algemeen gegeten groente. In die
tijd werden er kruisingen gemaakt om nieuwe rassen te verkrijgen
waardoor er een groot aantal rassen op de markt kwamen.
Mariken bedankt.