zondag 19 juli 2015

Zomercolumn: les culinairités Extraordinaires..

Zomercolumn 2 : Les Culinairités Extraordinaires.

Ook al eet ik hier in Nederland goed en smakelijk, meestal van eigen hand, soms met andermans handen, een jaarlijks bezoek aan de exotische keuken ( geldt voor mij ook voor Frankrijk, alwaar ik eenmalig in Macon een dood vogeltje op mijn bord kreeg / over de beruchte Andoilette wil het hier niet eens hebben, ook al doe ik het nu toch ).

Terzake:
Om mij voor te bereiden op de vakantie serveerde Janneke voor mij een "Spies Royal á la Reeuwijkse Hout" Van groot kaliber en smaak.


 Zichzelf bedacht zij met een mix van frisse groenten en een diervriendelijke kaas met ovengebakken bruine boterhammen. ook dat ging er in als koek.

De volgende dag, na een wonderlijke rit door het Belgische......ik dacht dat ik een kleine camper had, maar deze............een echte budgetcar zo te zien. En zuinig rijden !


Dus....de volgende dag belandde ik in het chalet van Rik en Agnes in Rochefort. Prachtig gelegen tegenover het zomerpaleis van Koning Philippe.
Aan de achterkant van het chalet ( uit het zicht van de royals - er kan immers snel sprake zijn van jalouzie ) genoten wij tafelbreed van al het goede dat er in huis was. En dat was niet gering.


 Vleeseters, vegetariërs, sauzers, viseters, er was voor elk wat wils en om het nog leuker te maken componeerden wij allen een schotel voor algemeen gebruik.
Bekend om mijn groene vingers, mocht ik deze maken.

 En toen ik van alle andere schalen genomen had zag dat er zo uit( de 1ste ronde dat wel).
Quel composition ?! 

De volgende avond was ik samen met Agnes te gast op Chateau Frandeux. Er was ons een culinaire droom in het vooruitzicht gesteld.

Het was die dag wat bewolkt en regenachtig ( een voorteken ? ) en eten ( en daarna zingen ) bij het kampvuur viel daardoor in het water. Of het daardoor kwam weet ik niet, maar de grote chateau-leider zei zich vergist te hebben: het was broodjes-avond. Als de vuist van Bep van Klaveren kwam deze mededeling aan. Mijn maag en andere zintuigen stonden in een volstrekt andere modus.

Ik geef toe: vooraf was een warme wat zwaarvallende diepgroene soep en voor op de broodjes waren ar allerlei vegetarische mixen van onbestemde oorsprong. Alleen die met bietjes ( Bitte ein Biet ) kon ik thuisbrengen. Het was allemaal zo supervegetarisch. Ik onderdrukte de neiging om heel hard "SAUCCISON" ( we zijn in Wallonië ) te roepen.
Zo om mij heen kijkend werden de aanwezigen er ook niet vrolijker van.



Ik dacht aan Rik en Emma en Claus en Gregory en Max, die nu in het chalet van een heerlijk hard Ardens worstje zaten te genieten.
Koffie was er ook niet. Wel een soort bruin poeder en 3 maal 3 soorten mintthee.
Uit protest weigerde ik hier verder foto's van te maken. 

Het werd tijd om door te reizen naar "Jenny's Walhalla" ergens tussen Langres en Vesoul, in het dorpje Bourguignon Les Morey. De naam zegt het al.
Ik schoof aan tafel en.......



waarna ik weer aan tafel schoof en.......

Waarna ik weer aan tafel schoof en........

Om niet geheel verslaafd te raken at ik af en toe ook vanuit eigen hand in een lokaal en uiterst eenvoudig restaurantje.

Mijn specialiteit: Elzasser Flammkuchen ofwel Tarte Flambée.
De juiste bereiding ervan vraagt wat aandacht en tijd, maar dan heb je ook iets bijzonders.

 En kijk zelf maar: deze verrukkelijke mix van uiterst dun deeg, creme fraiche, spekjes of runderreepjes, en peper maakt dat het niet bij een Flammkuchen blijft.
Da bliebt mann zwei von. Nicht?


Bij nader in zien valt mij de overeenkomst op met de zonsondergang op dinsdag.
Net een grote Tarte Flambee, die geconsumeerd wordt.
Daar word ik nou gelukkig van. 


Ik krijg er gewoon weer zin in.

Henk.


P.S. Ontdekt dat de courgetteplant bij regen haar bladeren als handen naar boven strekt om het water centraal op te vangen.

Halleluja !
















Zomercolumn: les animaux.

Zomercolumn 1 : les animaux.


Tijdens mijn verblijf In Rochefort maakte Agnes mij regelmatig attent op de herten overal om ons heen, zoals dit grote redelijk onverschrokken exemplaar.
Zij nam mij ook mee naar een ontdekjehert- torentje vol mooie herinneringen in de buurt van de Lesse.
Dat zag er dus allemaal heel onschuldig en vol verwachting uit. 

Hoe anders verging het mij in de wouden van de Haute Saône:

Het scheelde een haar. Een hertenhaar. Weliswaar een van ongeveer een meter lang, maar toch. Ineens vanuit het niets sprong de ooit door mij bezongen kleine ree ( had ik haar niet zo gezegd op te passen in het groene woud ?) voor mijn rijdende bumper.
Alle Selvera's nog an toe !
 Ik zou haar geraakt hebben, maar het roodbruine lijf plooide zich zo naar links dat zij en mijn koplamp onbeschadigd bleven. De schrik zat er bij ons beiden goed in.
En wat zou de meneer van de Dacia hier van zeggen ?!


Ja, ik zit al een paar dagen in de natuur en dan krijg je dit soort dingen. 
Gewoon lekker in het groene bos, het groene water of op het groene gras.
Zoals de 3 teken die, hoe afdekkend ik mij ook gekleed had, kans hadden gezien zich in mijn linkerbeen, -arm en lies in te graven.


Die lease-take was een lastige klant, die zich grondig in een fraaie en nooit eerder betreden plooi verschanst had. Tot op heden weet ik niet ook of ik 'm helemaal exit heb, maar mijn best heb ik gedaan. Ik noem hem Tsipras.
De tweede en de derde gingen soepeler....tangetje erop en eronder en draaien maar. 


Inmiddels hoopte ik een steekvlieg gedood te hebben, die mijn enkels bezocht. 
Vliegen in alle soorten en maten. Liefdevol plaatsnemend, klierig vervelend, mijn verse thee induikend of gewoon rechtstreeks met een naald mijn kwetsbaarheid in.
Vliegen waren er vooral als de wespen in de wespenval ( dankjewel Jenny ) waren gekropen. Dan zat er niets anders op dan ze weer los te laten ( nogmaals dankjewel ). Snel was het dan gedaan met de vliegen en zaten we gewoon gezellig tussen de wespen.
Ja dat is de natuur.
Hoe aandoenlijk was ook het voor mij uitlopen van een wezel, alsof zij mij de weg wilde wijzen naar de camping. 


Heel anders dan de  wilde kat in het haverveld ( naast het wietveld ) vanochtend, die er bij het zien van mijn inmiddels door de zon getaande gelaat met een dikke staart er als een haas vandoor ging.
Ja, ik heb deze periode iets met dieren.

Vooral ook als ik heel alleen door de bossen en de weiden loop.
Dan bekruipt mij soms de behoefte aan een intenser contact. Gewoon ergens bij aan schurken, zoals hier. Gewoon....gezellig. Piercing bij piercing.


Hoe lieflijk en gezellig soms.

Er zijn ook momenten van de harde aanpak:

Zo hing er weldra voor het slapen gaan een lichte barbequelucht in de Dokker. Een tweetal muggen, drie motten , een horzel en nog wat klein spul hadden zich gedurende de dag in mijn accomodatie verzameld in de hoop daar het licht te zien. 
Weliswaar een spaarlamp van 7 watt, maar toch.....
Dat lukte wonderwel, echter niet lang. Mijn elektroracket ( neem je je racket nog mee op vakantie ? vroeg Elly bij de laatste tennisbijeenkomst.... ). Met verfijnde techniek schakelde ik het ongerief uit.
Het werd een rustige nacht.


Op de laatste dag reed ik naar Lavigney, een klein dorpje waar grootse dingen gebeuren. Zo is er behalve een lama-farm ( tegen betaling te aaien en ja wie wil dat niet ? ), een zuivelbedrijf waar uitzonderlijke kazen gemaakt worden. En er is een bierbrouwerij waar natuurzuiver, eerlijk troebel biologisch bier wordt gebrouwd.  



Helaas .....op dit late, warme middaguur was alles gesloten. Enigszins teleurgesteld wilde ik het dorp uitrijden. Echter de weg was geblokkeerd door de oervorm van de Tour de France.
In een tempo wat wielrenners inmiddels totaal vergeten zijn passeerde het peloton.
Daarachter een ploegleider met gevoel voor humor ( C'est comme le Tour de France, nést-ce pas ? deed ik mijn best. Zijn gezicht met daarin de geschiedenis van Lavigny gekerfd vertoonde een brede smile. "Oui, oui, oui, klonk het bevestigend, terwijl hij aan zijn oortje friemelde ), niet in een flitsende auto, maar gewoon: te voet.
Ja hier staat de tijd stil. Ook als het peloton passeert.

Rochefort en Bourguignon - les- Morey , juli 2015.

Henk.


 
C'est l'âne qui rit".

zondag 28 juni 2015

Alle Roots aan dek !

"Call Pete again boys, call Pete again!"
And for the love of Rootskoor call Pete again!"

Wat begon als een leuke variatie op het Engelse drinklied "Call George again" ( opgedragen aan Peter, de man bij wie wij al zo'n 20 jaar onze zaal huren ), pakte wonderlijk uit.
Toen wij het eenmaal voor hem uit volle borst gezongen hadden was hij zo vereerd en blij dat hij ons de mogelijkheid gaf om ( met een kleine bijbetaling ) een rondvaartboot te huren om daar onze laatste seizoensavond te kunnen vieren.

"Piet Hein, Piet Hein, zij naam is klein",
zo reageerde mijn Shanti-hart.
"Zijn daden benne groot......
( ja het ging natuurlijk weer over Peter )
hij heeft gevonden een oude boot....."
Maar eerst kwamen wij allen tesamen ( ook een goed idee voor een liedje ) bij de nieuwe ingang van het volledig gerenoveerde Plaswijckpark.

                                                   Veiligheid is ook daar een groot goed. 
Rond 20.30 uur openden 2 stevige, gebruinde mannen een hoogstaand hek dat zo in de Bijlmerbajes zou passen.
Wij werden vriendelijk welkom geheten en zoals wel eens eerder was gebeurd glipte er iemand mee naar binnen die geen koorlid was ( maar gelukkig wel een moeder - met een wonderschone altstem - had ).
Vanaf de verhoging waar ik stond had ik een prachtig uitzicht over de verlokkingen van Plaswijck en even dacht ik nog hoe leuk het zou zijn om met elke stemgroep in zo'n zwaantje te gaan zitten.
Ik probeerde het nog in de groep te gooien, maar die waren al met het repertoire, de hapjes en het volgend seizoen bezig.
Onze boot lag helemaal aan de andere kant van het park afgemeerd. De beste kaartlezers zouden ons de weg wijzen en dat viel niet altijd mee.
"Eyewish" ging zo door mij heen.
Ondertussen moesten een aantal oudere jongeren stevig in de hand gehouden worden: dit kussen zag er toch wel heel aantrekkelijk uit en omdat we tegenwoordig liever zittend dan staand zingen.........................
 Uiteindelijk belandden we aan boord. Konden de meegebrachte dranken en hapjes geïnstalleerd worden en konden wij van wal steken met een wonderschoon vierstemmig lied dat ik mij helaas niet meer kan herinneren. De boot hing namelijk nogal scheef ( teveel wijn aan stuurboord vermoed ik ). En dat wilden we vastleggen.
Onze dirigent zat in het vooronder ( daar waar de zelfgemaakte borrelgarnituur in de tas zat ). Daar begon het zingen dus meestal. De stemvork werd voor een keer een prikvork. En ja, dan laat je je vanzelf meenemen.
Hoe anders was het achterin. Veel van onze beste stemmen werden regelmatig afgeleid door de fraaie mannelijkheid en de tatoeages van onze stuur- en bootsman.
Amor, amor, amor....ja dat werd geïnspireerd meegezongen.
Aan boord konden we bij de voorzitster voor een kleine vergoeding taxfree levensmiddelen inkopen.
En dat was de moeite waard.
Je kon het zo gek niet verzinnen of het lag wel de schappen.
En ook het winkelpersoneel was vriendelijk en behulpzaam.
Soms vergaten we wel eens waarvoor we hier waren en dan greep de dirigent ( even de Leffe opzij gezet ) in en werd er een gedragen "Tibie Poem" of een unfotgettable "Irish Blessing" gezongen.
Dit tot grote vreugde en bewondering van de mensen op passerende scheepjes of op de recreatief gelegen eilandjes.
Ja onze liederen droegen ver op deze zwoele zomeravond. Hoe anders was het vorig jaar toen wij geïsoleerd tussen het riet van het Kleiwegkwartier ons publiek nauwelijks konden zien, dan wel bereiken.
Aan boord zongen wij lustig verder en wie problemen kreeg met de stembanden - niet iedereen is gewend tegen de wind in te zingen - kon bij onze scheepskoks een smeerseltje halen, dat wonderen deed. Ook de spatels waren heerlijk krokant.
Samen zingen heeft iets tijdloos. Het is voorbij voor je het weet. Zo ook nu. Ineens viel de avond in en stuurde onze stuur ons terug langs de inmiddels diepzwart eilanden en over goudgeel gekleurde wateren.
Eenmaal aan land was goed te zien dat kangeroes het liefst in de schemering naar buiten komen, of was het de drank die dit fenomeen veroorzaakte.
Toen ik 'm aanraakte begon-ie wel spontaan te glimmen. En dat is mooi.
Onder de transferboog van het Plaswijckpark was er nog een moment voor stilte en blijde verwachting.
Onze dirigent werd verrast met een prachtig boeket en gepassioneerde kussen van onze voorzitster.
Nogmaals schalde het Amor, amor, amor. Nu over de Ringdijk ( what's in a name ).
Ja hier werd duidelijk iets afgesloten en iets nieuws geboren.
Volgend seizoen doen we alles gewoon nog eens over, hoorde ik verzuchten.
Nog één lied resste ons. Welk weet ik nu ook niet meer. 
Teveel emoties denk ik.
Mooi was het wel.
Allemaal bedankt en tot ziens,
Henk.


Meer zien en lezen ?
www.artohotze.blogspot.nl
www.deverwonderingvanhetbeeld.blogspot.nl
www.galerieartohotze.blogspot.nl